0 Ons Camers 3e 2011






Terug naar index

Ons Camers và  Rhetorike

Contactadres en verantwoordelijke uitgever: Verbond van de Kamers van Rhetorica vzw.

Emiel Francois
Louis Callebautstraat 50
B 9320 Nieuwerkerken,
e-mailadres : emiel.francois@skynet.be
website : www.rederijkers.org
24 ste jaargang nr 3 juli-augustus-september 2011

In dit nummer...

Woordje van de voorzitter

Beste vrienden Rederijkers,

In dit nummer brengen enkele dappere pennenridders verslag uit over het voorbije congres te Brussel en krijgen wij opnieuw de voorstelling van een Kamer.

Wij hopen dat dit een lichtend voorbeeld zal zijn ,en dat er nog andere Kamers zullen volgen.

Daar er tot op heden geen geschikte datum gevonden werd om, zoals voorgesteld op de algemene vergadering te Brussel , een vergadering te beleggen met de voorzitters van de verschillende Kamers zal daarover later bericht worden.

Wij hopen dat wij daar een overgroot aantal Kamers zullen mogen begroeten om zo samen met hen de krijtlijnen van het beleid voor de volgende jaren te kunnen uitzetten.

In dit nummer ontbreekt het vervolgartikel over “De Geschiedenis van de Rederijkerij”.omdat wij het opportuun vonden om het verslag van de voorbije algemene vergadering voorrang te geven. Daardoor werd dit verschoven naar een volgende editie.

Met vriendelijke rederijkersgroeten,

Emiel François
Voorzitter

Rederijkerscongres 2011, Brussel

28e Internationaal Rederijkerscongres
Brussel, 20-22 mei 2011

Georganiseerd door de Rederijkerskamers .t Mariakranske-de
Wijngaard en de Leliebloem samen met het Verbond.
Verslag
Rederijkers in een hedendaags stedelijk perspectief

Het rederijkerscongres werd gehouden op verschillende plaatsen in Brussel en Anderlecht. Er waren in het geheel ongeveer 120 deelnemers uit 23 Rederijkerskamers uit Belgie en Nederland.
Vrijdag 20 mei
Het congres begon anders dan in andere jaren al op vrijdagmiddag. Om 14.00 uur kon verbondsvoorzitter Emiel François een vroeg belangstellend gezelschap van omstreeks 30 congresgangers welkom heten in het Vlaams Huis voor amateurkunsten Zinnema te Anderlecht. Een kleine wandeling leidde naar het Erasmushuis, waar een reeks lezingen over Brusselse rederijkerskunst werd gehouden.

Professor Remco Sleiderink kwam tweemaal aan het woord. Eerst vertelde hij op boeiende en enthousiaste wijze over het aandeel van de Brusselse rederijkerskamers in religieuze spektakels, processies en Mariaspelen in het begin van de 16e eeuw.

Later gaf hij inzicht in zijn literair historisch speurwerk met de openbaring van een herontdekte dichtbundel van het gezelschap de Wijngaard uit 1660.

In het centrum van de middag bleek dat tekst en muziek elkaar kunnen dienen. Maartje de Wilde vertelde over Brusselse liedcultuur in de 17e eeuw, met bijzondere aandacht voor de dichter Willem van der Borcht. Het muziekensemble Cannamella bracht enkele van deze

liederen ten gehore en speelde ook andere 17e eeuwse muziek op hun authentieke instrumenten. Agnes de Meester en Rene Willems lieten een tekst door Willem Van der Borcht nog eens toepasselijk en toegewijd aan ons horen.

Professor Hubert Meeus gaf ter afsluiting van deze middag inzicht in de achtergronden, het ontstaan en de inhoud van de klucht Lemmen met sijn neus zoals opgetekend door Joan de Grieck in 1695, het stuk dat de inzet vormt voor het Rederijkersjuweel, de rederijkerswedstijd op zaterdag.

Het Erasmushuis vormde een prachtige omgeving, het suggestieve interieur en de stralende tuin. Borrel en avondmaal vonden hun plaats aan de andere zijde van de kerk, in de zon en in de sfeer van verbroedering.

Zaterdag 21 mei
Om 14.00 uur was een inmiddels aanzienlijk toegenomen gezelschap vanuit Anderlecht en Brussel toegestroomd naar het Sint Kathelijneplein voor een rondleiding door de stad, die uiteindelijk cultuur, rederijkerij en historie bleek te verenigen. Vader en zoon de Ridder lieten de congresgangers op welsprekende en indringende wijze het oude in het nieuwe Brussel zien. Doeltreffend werd het rederijkersgezelschap aan het slot van de rondgang teruggebracht op het kleine plein voor de St Kathelijnekerk. waar een fraai toneel in een beschutte omgeving met de Brusselse stadskleuren was neergezet. Hier vond voor rederijkers en belangstellende passanten het Landjuweel rondom het stuk “Lemmen met sijn neus” plaats. Twee kamers gaven op een verschillende wijze een knappe en boeiende eigentijdse opvoering van deze klucht. De Leliebloem uit Brussel volgde wat meer de klassieke lijn, waarna Sint Amandus uit Leupegem de teugels losliet in een versie met pop-elementen en wisselneuzen. Het derde stuk door de Kamer Moyses Bosch maakte indruk met mooi spel en een visser die door zijn vrouw in de boot werd genomen, maar kon bij gebrek aan verplichte neus niet meedingen. Verbondsvoorzitter en voorzitter van de jury Emiel Francois kon onder luide bijval van het publiek de prijs toekennen aan de kamer Sint Amandus..

Ook in dit deel van de stad waren de afstanden klein, enkele tientallen meters lopen naar de Markten, de plaats van het avondmaal. Het gezelschap was nu op de grootste numerieke sterkte gekomen, waardoor de vele kniegedichten tussen en tijdens de gangen goed tot hun recht kwamen. De knieën van vele Rederijkers uit Noord en Zuid bleken volop de ruimte te geven voor het ontstaan van de kleine en kleinere dichten voor zover ze al niet rechtstreeks uit de dichtaderen vloeiden.

Zondag 22 mei
Het gezelschap kwam al weer vroeg samen in het gebouw van het AMVB aan de Arduinkaai, het Archief en Museum van het Vlaams leven in Brussel. Hier werd een kleine tentoonstelling over de geschiedenis van de Brusselse rederijkers in de laatste twee eeuwen bezocht en bekeken. Een korte wandeling leidde naar de Koninklijke Vlaamse Schouwburg, waar om 11.00 uur de Academische zitting van het Internationaal rederijkersverbond begon. Na een welkomstwoord van Luc Collin, de hoofdman van de Kamer de Leliebloem was het woord aan professor Jozef Janssens die aan de hand van geschriften van Erasmus liet zien hoe de ontwikkeling van beschaafd gematigd optreden en goede manieren destijds in de aandacht stond en werd bijgebracht.

Hierna kwamen verleden en toekomst van het rederijkerscongres voor het voetlicht. De Kamer de Roode Roos uit Hasselt kreeg de bulle als dank voor de organisatie van het 27e congres in 2010, waarna de voorzitter en de factor van Kamer Vreugdendal de plannen voor de 29e editie in Breda op rijm in kaart brachten en bezongen.

De verbondsvoorzitter kon vervolgens deze geslaagde zitting besluiten en ging allen voor naar de receptie in de foyer van de Schouwburg.

De metrolijn 5 vervulde weer een spilfunctie in het congres door een snel transport naar Zinnema in Anderlecht mogelijk te maken. Na de lunch vond hier de algemene vergadering plaats, waarvan apart verslag is gemaakt. Voor degenen die niet deelnamen aan de vergadering was er de keuze tussen een bezoek aan het Erasmushuis met tuin of het bijwonen van de opvoering van de eenakter Bruthé door de spelers van .t Mariakranske. Dit ruim een uur durende stuk over de karakteristieken en lotgevallen van de huurders van een appartementencomplex maakte indruk door gedegen en intens spel onder een goede regie.

Een wat uitgedund, maar verrijkt gezelschap van rederijkers sprak alles nog eens na bij de afscheidsdrink.

Willem Veenhoven

Verslag Algemene Vergadering

22-5-2011 BRUSSEL

Aanwezig: Raadsleden : Emiel François, Jacques Bauwens, Willy De Meyer, Dirk Coigneau, Carlo van de Water, Thierry Hermans, Nicole Gits , René Willems
  • Koninklijke Aloude Rederijkerskamer Ste Barbara, Aalst
  • Koninklijke Aloude Rederijkerskamer De Catharinisten, Aalst
  • Rederijkerskamer Vreugendal, Breda
  • Kamer Van Retorika De Gesellen van de H.Michiel, Brugge
  • Rederijkerskamer De Leliebloem, Brussel
  • Rederijkerskamer .t Mariakranske – De Wijngaard, Brussel
  • Rederijkerskamer Moyses.Bosch, .s-Hertogenbosch
  • Rederijkerskamer Jhesus met der Balsemblomme, Gent
  • Koninklijke Souvereine Hoofdkamer van Rhetorica De Fonteine, Gent
  • Kon.Maatschappij en Aloude Rederijkerskamer Mariakring-Mariën Theeren,Gent
  • Koninklijk Prov. Groninger Rederijkersverbond, Groningen
  • Rederijkerskamer Trou Moet Blycken, Haarlem
  • Rederijkerskamer De Roode Roos, Hasselt
  • Rederijkerskamer Nut en Genoegen, Holwierde
  • Koninklijke Rederijkerskamer Tollens, Hoogesand-Sappemeer
  • Rederijkerskamer De Waag, Liedekerke

Afwezig met kennisgeving : Jean-Paul Rooms, stichtend lid

Rederijkerskamers:
Broedermin en Taelijver, Gent
De Goubloem, Vilvoorde
De Constminnende Jonckheyt, Lebbeke
Volmacht : De Ghesellen vanden Palmryze, Mechelen
Iverighe Jonckheyt , Gent
  1. Verwelkoming
    Welkomwoord door de voorzitter op de jaarlijkse verplichte statutaire vergadering in het kader van het congres in Zinnema te Anderlecht- Brussel.

    Zoals overeengekomen gaat de workshop vooraf aan de A.V.
    Deze wordt geleid door Thierry Hermans en Carlo van de Water en een samenvatting hiervan wordt afzonderlijk weergegeven.
    Daarna wordt overgegaan tot de gewone algemene statutaire vergadering.
    Gezien statutair de aanwezige kamers beslissingen kunnen nemen, ongeacht het aantal aanwezigen of volmachtdragers, kan rechtsgeldig vergaderd worden.
    De agenda wordt goedgekeurd.
  2. Werkingsverslag dienstjaar 2010
    N.Gits brengt verslag uit over de werking van het Verbond tijdens het voorbije dienstjaar.
    Dit werkingsverslag wordt door de Algemene Vergadering goedgekeurd.
  3. Jaarrekening 2010
    Willy De Meyer, penningmeester, stelt de jaarrekening 2010 voor.
    De jaarrekening wordt goedgekeurd door de Algemene Vergadering.
    De Algemene Vergadering geeft haar akkoord voor de ontlasting van de beheerders.
  4. Voorleggen begroting 2011
    De voorzitter stelt de begroting voor het werkjaar 2011 voor.
    Deze begroting in evenwicht werd vooraf voorgelegd aan de Raad van Bestuur ter informatie tijdens de eerste vergadering van de RVB in 2011.
    De voorgestelde begroting 2011 is sluitend en wordt door de Algemene Vergadering goedgekeurd.
  5. Organisatie Congres 2012
    De eerste contacten werden door Carlo van de Water en de Voorzitter gelegd met Frans Rookmaker. Tijdens een vergadering in Breda werden zij bereid gevonden om de organisatie van het 29ste congres voor hun rekening te nemen.
    Zoals steeds werd hen de belofte gedaan dat zij op de volledige steun van de RVB kunnen rekenen.
  6. Organisatie Congres 2013
    De rederijkerskamer De Goubloem uit Vilvoorde liet weten dat zij de door hen gevraagde organisatie van het congres in 2013 niet wensen te behouden. Inmiddels kwam de vraag van Trou moet Blycken uit Haarlem voor deze organisatie.
    Na overleg en in samenspraak in de RVB werd de organisatie voor het congres 2013 aan hen toevertrouwd.
    De Voorzitter is ervan overtuigd dat de beide congresssen op Nederlandse bodem succesrijk zullen zijn en hoopt stellig dat een groot aantal Vlaamse Kamers zeker zullen aanwezig zijn.
  7. Besluiten vanuit de workshop
    • - de taak van het Verbond moet vooral een bindingsfactor zijn tussen de verschillende Kamers
    • - grotendeels begeleidend en inspirerend, dienstverlenend
    • - aan organiserende Kamer van het congres opdracht meegeven, niet beperkend en met respect voor de eigenheid
    • - thema-gericht werken, duidelijk zijn, agressiever en vroegtijdig, zodat men aan de slag kan
    • - uiterlijk in september het thema bekend maken
    • - samenkomst van RVB en de hoofdmannen om de besluiten uit te werken
  8. Allerlei en rondvraag
    • Power point presentaties
      Momenteel zijn twee reeksen in opbouw. De Voorzitter doet nogmaals een oproep en is op zoek naar foto.s, dia.s of digitale foto.s van de voorbije congressen. Er is vooral weinig fotomateriaal van de eerste tien jaar van de congressen. Fotomateriaal kan aan de Voorzitter bezorgd worden en wordt na omzetting in digitale foto.s terugbezorgd aan de eigenaar.
    • De Fonteine Dirk Coigneau werd benoemd tot Hoofdman van de Fonteine te Gent in opvolging van Freddy Van Besien, die in januari jl. is overleden. Wij hopen op een verdere goede samenwerking met het Verbond.
    • Ledenlijst : kan geraadpleegd worden op de website van het Verbond via het paswoord.
  9. De Voorzitter bedankt alle leden van de Algemene Vergadering voor hun aanwezigheid en nodigt iedereen uit op een afscheidsdrink in het foyer van Zinnema.


Stel u voor ….

Rederijkerskamer St. Amandus Leupegem

Wij zijn 65 jaar ononderbroken actief als Rederijkerskamer.
Wij kwamen vorig jaar zo.n 120 dagen (activiteiten) samen. Dit gaat van repetities, werkdagen, speeldagen, vergaderingen,tot culturele bezoeken,…. Wij brengen jaarlijks twee volavondstukken en werken verder mee aan meerdere kleinere projecten.

Onze Rederijkerskamer telt actueel zo.n 60 leden waarvan een 35-tal acteurs en een 25-tal medewerkers. Wij zijn administratief gezien een volwaardige VZW en we zijn aangesloten bij Opendoek Vlaanderen.

Ons bestuur bestaat uit 11 leden. Elk bestuurslid heeft een welomschreven taak binnen het bestuur( voorzitter, ondervoorzitter, secretaris, schatbewaarder, factor, hoofd techniek, toneelmeester, catering, vorming en opleiding, persverantwoordelijke, hoofd van de artistieke denktank.

Als voorzitter laat ik mij omringen door:
  • een raad van beheer, een administratieve cel zeg maar. Hier hebben we het over een secretariaat, een cel boekhouding en begroting.
  • een artistieke denktank. Die ploeg vergadert en heeft het vooral over het artistiek beleid, de keuzes van de regisseur, de stukkenkeuzes en speeldata. De artistieke denktank werkt als artistiek adviesorgaan voor het bestuur. Wij proberen toch voor minstens twee jaar tot drie jaar vooruit te denken. Dit laat ons ook toe een politiek uit te werken om zoveel mogelijk acteurs in die periode op de scène te krijgen en te zorgen voor diversiteit in de stukkenkeuzes en regisseurs.
  • een technische cel. Die ploegchefs adviseren en werken de dingen uit op technisch vlak qua decor, licht, geluid, special effects(grime, kostuums, digitale projecties,…), opbouw en afbraak. Ze geven ook advies inzake aan te kopen of te huren materiaal en verzorgen tevens de inventarisering, de stockage en onderhoud van het materiaal.
  • een productieploeg. Aan het begin van iedere productie wordt die samengesteld en voorgezeten door een productieleider. Verder wordt hier naargelang de productie een volledig organigram samengesteld met verantwoordelijken en per zuil een ploeg medewerkers.(gaande van tekstondersteuning, catering, sponsoring, foyer, zaal, rekwisieten, affiche, publiciteit, educatieve brug naar de Oudenaardse scholen, techniek,…..)

Wij wonnen twee jaar geleden in het NT Gent het Landjuweel 2009 en onlangs in Brussel brachten wij als fiere winnaar het Rederijkersjuweel mee naar Oudenaarde.
Binnenkort worden wij door het Stadsbestuur, als Rederijkerskamer, voorgedragen als cultureel ambassadeur van onze Scheldestad.

Jan De Bock

Huldiging

Huldiging

Op woendag 21 juni werd de rederijkerskamer St. Amandus uit Leupegem door het voltallig schepencollege van de stad Oudenaarde in de bloemetjes gezet naar aanleiding van het behalen van het “Rederijkersjuweel” tijdens het Congres te Brussel. En dit twee jaar na het behalen van het prestigieus Landjuweel te Gent.

Vlaamse toneelwedstrijden

Vlaamse toneelwedstrijden op het eind van de achttiende en het begin van de negentiende eeuw (15)

Freddy Van Besien

Nadat De Fonteine in 1817 een wedstrijd had georganiseerd, deed ze hetzelfde in 1820 en in 1821. Ook De Kruisbroeders van Kortrijk organiseerden een toneelwedstrijd in 1820.
1820: wedstrijd te Gent, georganiseerd door de Fonteine
Deze wedstrijd werd uitgebreid aangekondigd in de pers (Letter- en Staatkundig Dagblad nr. 52 van 28 juli 1820; Algemeen Advertentieblad, 27 juli 1828; Gazette van Gend, 20 juli 1820; Journal de Gand, 21 juli 1820). Hij werd georganiseerd ter gelegenheid van de "tentoonstelling van voorwerpen van de nationale nijverheid", die door het Gentse stadsbestuur werd gehouden in het stadhuis. Meer dan 600 fabrikanten namen aan deze tentoonstelling deel en massa's mensen kwamen ze bezoeken. Ze duurde drie weken en in die periode werden diverse manifestaties op het getouw gezet, o.a. wedstrijden voor muziek door de maatschappij van Sint-Cecilia, wedstrijden ingericht door de vier wapengilden, en wedstrijden voor muzikale compositie en Nederlandse poëzie ingericht door de Koninklijke Maatschappij van Schone Kunsten (cf. Claeys 1902, pp. 390-91).

De Fonteine nodigde vier gezelschappen uit om een treur- of toneelspel op te voeren en er werden vier speeldata vastgelegd: zondag 6, zondag 13, woensdag 16 en zondag 20 augustus 1820. Op maandag 7 augustus bracht De Fonteine zelf een voorstelling van 'Zaire' (Voltaire). De declamatiewedstrijd was voorbehouden aan de leden van De Fonteine en zou plaats hebben op 30 juli 1820. De prijsuitreiking voor de beide wedstrijden was voorzien op dinsdag 22 augustus 1820.

Op de vastgestelde data kwamen inderdaad vier gezelschappen spelen (cf. Journal de Gand, 20 augustus 1820; Algemeen Advertentieblad, 6 en 13 augustus 1820). Op 6 augustus trad een gezelschap, dat niet wordt genoemd, op met “De schrijnwerker van Lijfland, of de doorluchtige reizigers” (blijspel in drie bedrijven van Duval, in een bewerking Cornelis van der Vyver) en met “De verwarde” (blijspel in drie bedrijven van A. von Kotzebue); op 13 augustus trad Ninove op met “De onechte zoon” (toneelspel in vijf bedrijven van A. von Kotzebue); op 14 augustus speelden De Kruisbroeders uit Kortrijk “Mahomet” (treurspel in vijf bedrijven van Voltaire) en op 20 augustus bracht het gezelschap van Zottegem hetzelfde stuk.

De prijsuitreiking had, zoals aangekondigd, plaats op 22 augustus 1820 (cf. Gazette van Gend, 28 augustus 1820; Journal de Gand, 24 augustus 1820; Letter- en Staatkundig Dagblad nr. 60 (26 augustus 1820). Er waren toespraken van Karel Vervier, Leo d'Hulster (“Over het zedelijke nut der tooneelspelen”) en van Fonteine-voorzitter Pieter Lejeune. De tekst van de toespraak door Leo d'Hulster is opgenomen in de gedrukte brochure met de uitslag en de redevoeringen van de wedstrijd van het jaar nadien, in 1821 (Begijn, z.d., pp. 32-37).

De eerste prijs werd aan Zottegem toegekend; de prijs voor de beste houding en de mooiste intrede ging naar Kortrijk; Kortrijk kreeg bovendien de prijs voor de van verstkomende (cf. ook Snellaert 1839, p. 25); Ninove kreeg een aanmoedigingsprijs. Bij dezelfde gelegenheid werden ook de prijzen uitgereikt voor een declamatiewedstrijd onder de leden. Winnaars waren Daniël Riessauw, Jacques de Porre en Pierre van Mello.

bronnen:
Claeys, P., Mémorial de la ville de Gand 1792-1830 (Gent, Vuylsteke, 1902).
Gazette van Gend
Journal de Gand
Letter- en Staatkundig Dagblad
Snellaert, F.A., 'Over de kamers van rhetorica te Kortrijk' in: Belgisch Museum 3 (1839), 5-41.
Redevoeringen gedaan ter gelegenheid van de plegtige prijsuitdeeling door de Koninklijke Maatschappij van Rhetorica te Gend, den 26 van Oogstmaand 1821, (Gent, J. Begijn, z.d.).
1820: wedstrijd te Kortrijk, aangekondigd door de Kruisbroeders
De Kruisbroeders uit Kortrijk stuurden een gedrukte uitnodiging rond voor een toneelwedstrijd die zou beginnen op de eerste zondag van het jaar 1820. Een exemplaar is bewaard in het archief van de Fonteine. De lottrekking was voorzien in de “Parnassusberg”, bewoond door J. van Lerberghe, in de Kortesteenstraat te Kortrijk op zondag 10 oktober 1819 om 10 uur. Er waren drie prijzen voor het treur- of toneelspel (resp. 200, 150 en 100 francs), twee prijzen voor het blij- of zangspel (100 en 50 francs), evenals prijzen voor de beste acteur en actrice, voor de beste zanger en zangeres en voor de verst afgelegene mededinger. De keus van de stukken was vrij. De prijsuitreiking was gepland op zondag 20 februari 1820. De Kruisbroeders zullen bij die gelegenheid een opvoering geven. Ook op de dag van de loting is er een opvoering door de Kruisbroeders, nl. een toneelstuk van de hand van dichtmeester J.B.J. Hofman, gevolgd door een blijspel. Het reglement stelt dat wanneer er geen zes inschrijvingen zouden zijn, de wedstrijd kan worden afgeschaft. De uitnodiging is ondertekend door J.L. Pringiers (Prins, in de Paapestraat te Kortrijk) en door J. de Brauwere.

Wellicht lag het aantal inschrijvingen te laag, want de wedstrijd heeft niet plaats gevonden. Wel organiseerden de Kruisbroeders het jaar nadien, in 1821, een wedstrijd voor dichtkunde, declamatie en schrijfkunst. De wedstrijd voor declamatie en de prijsuitreiking voor de beide andere onderdelen had plaats op 20 augustus 1821. Volgens Snellaert (1839) had deze wedstrijd plaats ter gelegenheid van de toekenning van de titel van “Koninklijke Maatschappij” aan de Kruisbroeders. De prijzen voor declamatie werden gewonnen door J.J. Denobele en Daniël Riessauw, beiden van de Fonteine te Gent.

De volledige uitslag en de bekroonde gedichten (op het thema “Het vermogen des ijvers” zijn in druk gegeven bij L.Beyaert-Feys in 1822.

bronnen:
Verzameling der bekroonde en voornaamste dicht-werken op het voorwerp: het vermogen des ijvers, voorgesteld door de Koninklijke Maatschappij van rederijkkunde, gezegd Kruisbroeders, binnen Kortrijk, Provincie Westvlaanderen, op hunnen Prijskamp van den 20.n Augustus 1821 (Kortrijk, L. Beyaert-Feys, 1822)
Snellaert, F.A. “Over de kamers van Rhetorica te Kortryk”, Belgisch Museum 3 (1839) , pp. 5-41
1821: wedstrijd te Gent, georganiseerd door de Fonteine
Ook deze wedstrijd kreeg veel aandacht in de pers, onder andere in het eerste nummer van het pas opgerichte Letter- en Staatkundig Dagblad van 1 februari 1821(cf. ook het Algemeen Advertentieblad, 18 januari 1821; Gazette van Gend, 22 januari 1821; Journal de Gand, 15 januari 1821). Hij was gewijd aan Nederlandse taal- en letterkunde, toneelspeelkunst, schrijfkunst en toonkunst.

De toneelwedstrijd bestond in het opvoeren van een toneel- of treurspel, gevolgd door een blij- of zangspel en zou beginnen op de tweede zondag na Pasen van 1821. De beurtloting was voorzien op 22 januari 1821. Er werden drie prijzen uitgeloofd voor het treur- of toneelspel (resp. 150, 75 en 30 gulden) en twee voor het blij- of zangspel. Merkwaardig is dat het reglement stelt dat voor het toneel- of treurspel alleen maar oorspronkelijke Nederlandstalige stukken mogen worden gekozen. Er wordt zelfs een lijst van aanbevolen auteurs en stukken opgegeven:

  • Rhijnvis Feith: “Thirsa, of de zege van den godsdienst” (1784), “Ines de Castro” (1793) en “Ladij Johanna Graij” (1791);
  • Simon Nicolaas van Winter: “Monzongo, of de koninglyke slaaf” (1774);
  • Lucretia van Merken: “Jacob Simonszoon de Ryk” (1774)
  • Pieter Verhoek: “Karel de Stoute, hartog van Bourgondie, graave van Holland, Zeeland, etc.'”(1689)
  • Simon Stijl: “De Mityleners” (1768)
  • Joannes Nomsz: “Michiel Adriaanszoon De Ruiter” (1780), “Cora, of de Peruanen” (1784) en “Maria van Lalain, of de verovering van Doornik” (1778)
  • Willem Bilderdijk: “Willem van Holland” (1808) en “Kormak” (1808)
  • Katharina Wilhelmina Bilderdijk-Schweickhardt: “Elfriede” (1818)

In de aankondiging in het Algemeen Advertentieblad, maar niet in de andere bladen, staat echter dat het bestuur toch nog voor één keer vertaalde stukken zal accepteren, hoewel de Nederlandstalige stukken "met dezelfde kunst en gratie uitgevoerd, den voorkeur zullen hebben op de vertaalde".

Blijkbaar was er niet de verwachte belangstelling voor de toneelwedstrijd, want de loting, voorzien op 22 januari 1821, werd verschoven naar zondag 11 februari 1821 (cf. Gazette van Gend, 25 januari 1821; Journal de Gand, 25 januari 1821; Algemeen Advertentieblad, 25 januari 1821). Later werd nog meegedeeld dat men zich nog tot 15 maart kon aanbieden voor de toneelwedstrijd (cf. Gazette van Gend, 1 maart 1821; Journal de Gand, 24 februari 1821; Algemeen Advertentieblad, 1 maart 1821).

Dankzij het "Nieuwjaars-dichtje" van 1822, opgedragen door kamerbode Peter van Campen, kennen we de vijf deelnemers aan de toneelwedstrijd en het toneel- of treurspel dat ze opvoerden:

  • Zottegem: “Zaïre” (treurspel in vijf bedrijven van Voltaire, bewerkt door Joannes Nomsz);
  • Evergem: “Siegfried van Hohenwart” (toneelspel in vijf bedrijven van Maarten Westerman);
  • Dendermonde: “Omasis, of Jozef in Egypte” (treurspel in vijf bedrijven van Baour-Lormian, bewerkt door Maarten Westerman);
  • Lokeren: “De dood van Julius Cesar” (treurspel in vijf bedrijven van Voltaire, bewerkt door A.L. Barbaz)
  • Deinze: “De Ortenbergsche familie” (toneelspel van C. Vreedenberg, naar een roman van A. von Kotzebue)

We kennen niet alle nastukken die werden opgevoerd. We weten alleen dat Deinze “De Engelsche goederen” (klucht in twee bedrijven van A. von Kotzebue in een bewerking van J.S. van Esveldt Holtrop) gaf en dat Dendermonde “Het landhuis op den grooten weg” (blijspel met zang in één bedrijf van A. von Kotzebue in een bewerking van J.S. van Esveldt Holtrop) speelde.

We merken dus dat geen enkel van de aanbevolen stukken werd gekozen. Wel namen twee van de vijf deelnemers, namelijk Evergem en Deinze, met een oorspronkelijk Nederlandstalig stuk deel.

Volgens Snellaert (1839, p. 26) hadden De Kruisbroeders uit Kortrijk een uitnodiging voor de wedstrijd ontvangen, maar weigerden ze deel te nemen wegens "(zoo gezegd) partydig gedrag te voren".

De prijsuitreiking had plaats op 26 augustus 1821 en werd voorgezeten door Ignace van Toers, staatsraad en voorzitter van de afdeling kalligrafie van de Fonteine (cf. Gazette van Gend, 23 augustus 1821; Journal de Gand, 22 augustus 1821; Algemeen Advertentieblad, 26 augustus 1821; uitgegeven bij Begyn (z.d.).

Ze begon met een redevoering door voorzitter Lejeune, gevolgd door een toespraak van Leo d'Hulster (secretaris van de afdeling literatuur). Lejeune schetstede moeilijke omstandigheden waarin De Fonteine zich bevond tijdens de Franse tijd en de nieuwe mogelijkheden die dank zij de aanmoedigingen van Willem I zich aanboden. Leo d'Hulster wees op de belangrijke culturele rol die de rederijkerskamers in het verleden hebben gespeeld. De teksten zijn uitgegeven door Begyn (z.d.).

In de toneelwedstrijd werd de eerste prijs voor het treur- of toneelspel behaald door Dendermonde, de tweede door Zottegem, de derde door Deinze. Johan Beekman uit Dendermonde kreeg de prijs voor de beste acteur. De prijs voor de beste actrice werd niet toegekend; wel werd een aanmoedigingsprijs geschonken aan Joanna vande Vyver (Dendermonde) voor haar vertolking van Samis in “Omasis” en aan Joanna Burvenich (Deinze) voor haar vertolking van Carolina in “De Ortenbergsche familie”. Er waren ook nog aanmoedigingsprijzen voor Eugenius Slock (Evergem) en voor Desiderius van Houte (Deinze). Dendermonde kreeg de prijs voor de beste toneelkleding en voor die van verstafgelegene deelnemer. De eerste prijs voor het blijspel ging naar Dendermonde, de tweede naar Deinze.

Na de plechtigheid speelde de Fonteine “De jeugd van Hendrik V” (blijspel in drie bedrijven van A.V. Duval in een bewerking van M.G. Engelman en C. van der Vijver) en “David Teniers, schilder tot Ghestel” (blijspel met zang van Bouilly & Pain, bewerkt door Maarten Westerman). Daarna volgde nog een bal.

bronnen:
Algemeen Advertentieblad
Gazette van Gend
Journal de Gand
Letter- en Staatkundig Dagblad
Snellaert, F.A., "Over de kamers van rhetorica te Kortryk", Belgisch Museum, 1839, 5-41
Redevoeringen gedaan ter gelegenheid van de plegtige prijsuitdeeling door de Koninklijke Maatschappij van Rhetorica te Gend, den 26 van Oogstmaand 1821, (Gent, J. Begijn, z.d

Johan De Rijck opgenomen in de Orde van het Gulden Masker

Dat Johan De Rijck reeds veel betekende voor het amateurtheater te Liedekerke werd op 7 mei 2011 extra in de verf gezet en niet onterecht!

Deze dag vond in het CC De Warande zijn intronisatie in de Orde van het Gulden Masker plaats.

De Orde van het Gulden Masker werd opgericht in 1963 naar het model van de Orde van het Gulden Vlies door het toenmalig Provinciaal Toneelverbond van Brabant. Enkel mensen, ouder dan 40 jaar, die bijzonder bijgedragen hebben tot de groei en bloei van het Vlaams amateurtoneel in Vlaams-Brabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, kunnen in aanmerking komen voor het ridderschap.
Een grote eer en titel, welke Johan De Rijck, terecht toekomt!
We wensen hem van harte proficiat en hopen dat hij nog jaren actief mag zijn in „zijn. Kamer van Rhetorica De Waag Liedekerke!
Johan is de derde rederijker die in deze orde werd opgenomen :
Luc Collin en Jon Ingartua gingen hem reeds voor .

Lidmaatschapsbijdrage 2011

De Raad van Bestuur besliste de lidmaatschapsbijdrage 2010 niet te verhogen.
Dit moet iedereen de mogelijkheid geven om tegen een minieme bijdrage lid te blijven van het Verbond.
Hiervoor ontvangt elke Kamer of elk toetredend lid per kwartaal het tijdschrift van het Verbond.

  • Kamers : € 25
    Zij ontvangen het tijdschrift
    Zij hebben medezeggenschap in het Verbond
    Zij kunnen deelnemen aan werkgroepen en studiedagen.

    Wie zich geroepen voelt mag steeds een hoger bedrag overmaken. Dit zal dan speciale vermelding genieten in het tijdschrift.
  • Toetredende leden : € 15
    Zij ontvangen het tijdschrift en steunen hierdoor de rederijkerij .

De Vlaamse Kamers en toetredende leden kunnen hun bijdrage voldoen op onze bankrekening 293-0322480-10.
De Nederlandse Kamers en toetredende leden via de Europese overschrijving

Kenmerken bankrekening : BIC : GEBABEBB . IBAN : BE41 2930 3224 8010