0 Ons Camers 3e 2014






Terug naar index

Ons Camers và Rhetorike

Verantwoordelijke uitgever:
Verbond van de Kamers van Rhetorica vzw.
Veeweydestraat 22-24
1070 Anderlecht
website : www.rederijkers.org
27e jaargang nr 3, juli, augustus, september 2014

Redactie: Bauke van Halem
’t Haantje 2
4854 MV Bavel
Kopij naar: bvh@vanhalem.nl

In dit nummer ...

Woordje van de redacteur

Beste rederijkers,

Na het nogal nat verlopen zomer reces gaan we met frisse moed een nieuw rederijkersseizoen tegemoet.

Eerst echter nog even enkele terugblikken op een zeer plezierig verlopen congres in Liedekerke, dat door De Waag fantastisch georganiseerd was. Een ouderwets gezellig congres met als opmerkelijk hoogtepunt een rijtoer per huifkar of paardentram door het prachtige Pajottenland.

Ik zeg hoogtepunt en dat bleek voor enkele paarden bijna een te hoog punt te zijn, maar daar maakten we geen punt van!

Eind juni kregen we de trieste melding van een uitslaande brand in het pand van onze Rederijkersvrienden van ‘Trou’ uit Haarlem.
Ik kom daar verderop in dit tijdschrift nog op terug.

Nu zien we uit naar de voorbereidingen voor het komende congres in Geraardsbergen, waar een jonge ploeg mooie plannen voor heeft.

Er staan weer nieuwe toneelvoorstellingen bij diverse kamers op stapel, dus als rederijkers hoeven we ons ook dit komend seizoen niet te vervelen.

Met genegen rederijkersgroeten,

Bauke van Halem

Terugblikken op het Congres in Liedekerke

- Van de waarnemend voorzitter van het Verbond

De ontvangst om 10u30 op zaterdag gebeurde in het mooie Gemeenschapscentrum ‘de Warande’.
Eerst een koffietje als welkom en dan volgde er om 11u00 de jaarlijkse algemene vergadering van de vzw van het Verbond. Hierbij werden de leden ingelicht over het onverwachte ontslag van de voorzitter Emiel François. Daar ik bij afwezigheid om gezondheidsredenen (rug) in een vorige bestuursvergadering als ondervoorzitter was aangeduid, heb ik de verantwoordelijkheid opgenomen om de voorzitter tijdelijk te vervangen. Intussen werd een nieuw bestuurslid verkozen en worden straks de taken in de Raad van Bestuur herverdeeld. De vergadering werd vlot afgewerkt.
Na een kort middagmaal met de plaatselijke specialiteit “kneddelen” en belegde broodjes werden we op huifkarren geladen voor een lange tocht door het Brabants landschap dat Breughel op meerdere schilderijen heeft vastgelegd. Het was een wondermooie en rustige rit. Ik wist dat de paarden van een motor kunnen “chaufferen” maar het was de eerste maal dat ik echte paarden zag chaufferen op de glooiingen van dit landschap.
Na een gedwongen rustpauze reden we verder via de “kapitein Zeppos”-molen en het muziekinstrumentenmuseum van Gooik.
Er volgde een degustatie van kriek en geuze en dan gingen we naar feestzaal “’t Guldenhof” voor de maaltijd. De avond werd gevuld met opvoeringen voor het rederijkersjuweel. Vijf Kamers brachten een stuk “per auto” van de overleden Hoofdman van de Fonteine te Gent, Freddy van Besien, aan wie een passende hulde werd gebracht in aanwezigheid van zijn echtgenote en zijn twee zonen. Iedere toneelliefhebber zou eens moeten meemaken hoe een stuk met vijf verschillende regies achter elkaar wordt opgevoerd. Zeer leerrijk en een aparte ervaring. Erna was nog een gezellig samenzijn met samenzang.
Op zondagmorgen werden we opnieuw ontvangen in ‘de Warande’ waar een academische zitting plaatsvond. Schepen en Professor Katia Seghers gaf er een prachtig betoog over “Shakespeare in Liedekerke, kunsteducatie en amateurkunsten”. Er was ook een zanggroep “Famuze” met drie meiden die prachtige bewerkingen van liederen brachten. Het congres 2015 te Geraardsbergen werd voorgesteld door een enthousiaste jonge groep die nog af te rekenen kreeg met technische projectieproblemen (een klassieker die blijkbaar overal voorkomt). De Burgemeester van Liedekerke gaf een zinvol welkomstwoord en toonde dat hij iemand was die verenigingen in zijn hart droeg. Tot slot kreeg de Kamer “Trou moet Blycken” uit Haarlem nog een herinneringsbulle voor het organiseren van het congres vorig jaar.
Na een lekkere lunch in feestzaal “’t Guldenhof” was er nog een toonmoment door de jeugdafdeling “Jong Ge-waag-D” van de plaatselijke en organiserende Kamer “de Waag”. Het stukje had als titel “Jong geweld” en werd voortreffelijk gebracht.
Met een slotreceptie werd dit mooie congres afgesloten. Ook een hele geruststelling voor een waarnemend voorzitter van het Verbond van Kamers van Rhetorica Vlaanderen-Nederland.

Willy de Meyer

- Van de organisator van het congres

Het 31e internationale rederijkerscongres met als thema:
“Shakespeare in Liedekerke, over kunsteducatie en amateurkunsten”
op 14 en 15 juni 2014.

Eindelijk was het zover!
Na een voorbereiding van een tweetal jaar mochten wij - Kamer van Rhetorica De Waag - het 31e internationaal Rederijkerscongres inrichten.
En dit als piepjonge aangestelde kamer, een hele eer!
Ook een primeur want het congres ging de eerste maal door in een dorp en niet in een stad.
Op zaterdag 14 juni werden de congresgangers verwacht om 10u30.
Om 11u opende de voorzitter dhr. Willy De Meyer officieel het congres.
Gelijklopend konden er “kneddelen” - een typisch Liedekerks gerecht - geproefd worden en een tentoonstelling bekeken worden van het heemkundig genootschap, nl. Liedekerke vroeger en nu.
Tevens was er een kantwerkster aanwezig.
Het maken van kantwerk was vroeger een deel van de broodwinning van de boerenmeisjes en huisvrouwen om het gezinsbudget wat te “spijzen”.
Menig Brusselse kant werd in de 19e en 20e eeuw in Liedekerke gemaakt.
Met de hoofdmannen van de diverse kamers werd de jaarlijkse statutaire vergadering gehouden.
Ondertussen was de groep Rederijkers in twee gesplitst om het toeristische luik aan te vatten.
Het provinciaal TV station Ring-TV was reeds bezig met enkele interviews af te nemen.
De paardenhuifkarren en hun koetsiers stonden ongeduldig te wachten om de rederijkers door het mooie Pajottenland te rijden, eerst naar de Zeppossite (oud BRT jeugd TV feuilleton) en van daaruit naar het Volksinstrumentenmuseum “De Cam” in Gooik.
Hier kreeg men uitleg over deze instrumenten door een lid van de Folkgroep “ ‘t Kliekske” van Herman De Wit.

Van daaruit werden de beide groepen met de bus teruggebracht naar het gemeenschapscentrum De Warande.
Hier wachtte de degustatie van een lekkere geuze of kriek.
Een typisch bier van het Pajottenland, wat zurig maar zeer goed van smaak.
Dit bier kan alleen maar gebrouwen worden in het Pajottenland wegens de specifieke micro-organismen hier in de lucht aanwezig.
Om 18u was het tijd om te voet naar het “Guldenhof” te gaan voor het diner.
De maaltijd werd voorafgegaan door enkele paragrafen te declameren van het Egidiuslied door Johan De Rijck. Om 20u was het de hoogste tijd om een ode te brengen aan Freddy Van Besien met het opgelegde werk “per auto”. Vijf kamers hadden zich ingeschreven elk met hun eigen regisseur. Eerst was het de beurt aan Jan Van Beers van Utrecht, vervolgens Gent “de Balsembloem”, dan Barbara uit Aalst en nadien Moyses Bosh uit Hertogenbosch en afsluiten deden we met Trou moet Blycken uit Haarlem.

Wij kregen 5 hoogstaande opvoeringen te zien. Een hele klus voor de jury om hier de beste opvoering uit te selecteren. Tevens was er ook een publieksprijs. Het was Barbara uit Aalst die zowel met het diploma van beste opvoering als publieksprijs ging lopen. Dank aan alle deelnemende kamers.

Weduwe Van Besien, Mevrouw Isabelle Steyaert, luisterde met haar aanwezigheid en die van haar kinderen de opvoeringen op.

Iedere deelnemende kamer kreeg ook nog een keramiek kunstwerk van de hand van kunstenaar en Liedekerkenaar Walter De Rijcke.

Om de eerste zeer drukke Congresdag af te ronden hadden wij nog een samenzang geprogrammeerd.
Waarbij wij gewaardeerde hulp kregen van Bauke van Halem om de Nederlandse nummers te selecteren. Het Turfschip van Adriaan Van Bergen bracht tussenin ook nog een muzikale act met hun kamer. De muziek werd vezorgd door de Europese accordeonkampioen Marc De Mayer. Tussen pot en pint werd er door iedereen uit volle borst meegezongen tot in de vroege uurtjes. Onze nachtploeg toverde de zaal om, zodat ze een wat meer academisch karakter kreeg om de tweede Congresdag aan te vatten.

Op zondag 15 juni werden de Congresgangers verwacht om 9u30 en met een lekkere tas koffie en een stukje cake vatten wij de tweede Congresdag aan. De lezing “Shakespeare in Liedekerke over kunsteducatie en amateurkunsten” werd verzorgd door onze Schepen van Cultuur (inmiddels Vlaams parlementslid en Federaal Gemeenschapssenator) Professor Katia Segers. Wij stelden vast dat de lezing door de Congresgangers zeer gesmaakt werd. Onze burgervader Luc Wijnant legde in zijn toespraak de band tussen de Rederijkerskamers De Catharinisten en Barbara en zijn jeugd op het College te Aalst. Tussenin was het vocaal ensemble Famuze te gast, begeleid door pianist Bart die directeur is van de musicalafdeling in het Conservatorium te Brussel. Schitterende nummers van deze Liedekerkse dames en perfekte zang zorgde op het einde voor een staande ovatie.

Het congres van 2015 te Geraardsbergen werd voorgesteld door een zeer gedreven en enthousiaste groep jongeren. Trou moet Blycken kreeg de gebruikelijke bulle als dank voor het inrichten van het congres 2013 te Haarlem-Nederland. De magen begonnen te grommen en het was tijd om te gaan lunchen in het Guldenhof. Om 14u30 werd het laatste luik van ons programma aangevat, nl een toonmoment van onze jeugdafdeling met als titel “Jong geweld”. Een aangrijpend en gesmaakt optreden van dit zeer emotionele stuk. Onze toekomst is verzekerd! Tot slot bood het gemeentebestuur van Liedekerke een receptie aan voor alle deelnemers. Moe en tevreden keerden de Congresgangers naar huis terug.

Kamer van Rhetorika De Waag was tevreden over het ingericht Congres en het enthousiasme van de deelnemers.

Liedekerke weet men nu ook vanuit Nederland en de rest van Vlaanderen te vinden.

Johan De Rijck, voorzitter Kamer van Rhetorica De Waag

Een schrikmare...

Een droeve brand belaagde ’t Haarlems hout
Dat ‘Trou’ toch jaren diende
En schrik sloeg ieder die het hoorde, las
Om ’t rederijkershart dat nu juist daar
Door ’t achteloze dekkersgilde
Vonken moesten slaan
Historie aangevreten werd

Zouden de oude doeken en blazoenen
In ’t hellevuur gevallen zijn?

Zou vijf eeuwen van zorgzaamheid
In luttele minuten aangetast?

Maar nee, zo klonk alras de digitrom
Dat leed is hen bespaard

En door de kamers van de lage landen
Ging een zucht

Dus hoeders, hoofden en fiscalen, wees beducht
Dat al het goeds dat wij -soms eeuwen al- bewaren
Vrij van molest of water, vuur toch blijve
Tot vreugde van ons al

Nu, tot ook in lengte nog van jaren

Factor Bauke ‘Freiherr’ van Halem
Rederijkerskamer “Het Turfschip van Adriaen van Bergen”

Jaarzangen: een fenomeen

In maart van dit jaar besloten we in Breda om elkaar ons levensverhaal te vertellen -al dan niet op rijm. De factor beet het spits a :

Van mij bent U gewend
In dichtvorm hier te spreken
Alsof een factor zo en anders niet
Zijn woorden vorm mag geven
Zulk klemmend protocol
Had mij de das al om gedaan
Voordat een enk’le regel uit mijn pen
U hier bereikt zou hebben.

Neen, hoofden en ghesellen van de taal
Als rederijkers dus bijeen
Mijn factorale duidingen
Staan toch wat verder van een rijm
Dat zo vertrouwd al jaren mij ontspruit
Als vaker ik al heb betoogd
Is het juist metrum, ritme
Dat ik zoek

Want lang voor taal
Mijn wereld binnenkwam
Had ik muziek al in mijn zijn
Hoorde ik het zachte hartgebonk
En vage verre klanken nog
Van die mij baren zou
Alsook het klotsen van de zee
Op weg naar Hollands Haarlems land

U moogt wel weten
Dat een liefdeskind ik was
Na barre oorlogsjaren
Van verdriet en warme opstanding
Een vader-vechter van formaat
En moeder van verzet
Kenden elkaar
Juist na dat laatste oorlogsjaar

Zo werd ik door geluiden groot
En speelde ik beschermd
Onder mijn vaders vleugelklanken
Van Ravel, Chopin en Liszt
Of luisterde in tuin of het nabije bos
Naar vogels, mezen, vinken
Of geritsel van het blad
Dat van mijn bomenvrienden viel

Mijn oren hoorden wat mijn waarneming begreep
En als van verder al
Geluiden mij betastten
Was het nog van de vleugel van de buren
Die zacht de zomermiddag kleurden
En andermaal Chopin, Satie liet horen
Zo -naast de winterstilte van de sneeuw
Kregen geluiden in mijn leven vorm

Nog was de taal, het woord
Slechts functionele klank
Al klonk zelfs voor het eten nog
Een luide bel de bomen langs
Tot aan mijn klankbewuste oor
Vermaning was de taal
Of de vertelling aan het bed
Die fantasie deed prikk’len

Totdat door Balder ik beroerd,
Zocht rhetoriek te spreken
En leerde van de Tuinman en de Dood
En Melopee van Van Ostaijen
Een taal begon
Voor mij te leven
Spleen meer dan Weltschmerz
Werd mijn deel

En eind’lijk vond
Mijn diepste zijn
In klank en dicht
Een weg
Tot hier en nu
De woorden het gereedschap zijn
Dat gepolijste zinnen bouwt


Die zeggen wat ik zeggen wil...

Mirakels!

Een vervolgverhaal. Deel 3

EERSTE BEDRIJF
1463-1568
(door de docent)

De hoed, de rand en wat niet al,
een varken haalt de steel van stal.

Ja, monden dicht!, “dames en heren”. De komende zes lessen behandelen wij de geschiedenis van de Bredase Rederijkerij. We doen dat aan de hand van de rederijker Adriaan. Wie was hij?
Welnu, wie het over Aadje heeft, die moet het hebben over, tja, sorry, over alles eigenlijk. Pas als je alles weet over alles, kun je zeggen dat je echt iets weet over iets. Immers: alles hangt met alles samen.
Tot die dag, de dag dat je alwetend bent, is al je kennis dus: flut, een natte scheet, een flodderig weetje, en slaat een tang niet op een varken, je weet niet van de hoed en de rand en je staat te klunzen met in je ene hand de vork en in je andere hand de steel.

Daarom:
Om Aadje te leren kennen ...eerst maar even over schijnbaar totaal andere dingen. Het Ware Kruishout, Slimwerd Slover en Napoleon.
Napoleon kennen jullie, dacht je? Dat had je gedacht! Wanneer alle aan Napoleon toegeschreven citaten werkelijk door een enkele persoon zouden zijn gedebiteerd, dan zou de kleine korporaal niet als l’Empereur of veldheer de geschiedenis zijn ingegaan maar als Rederijker of als Ouwe Hoer. Wanneer je alle stukken hout, afkomstig van het kruis van onze Lieve Heer verzamelt en aan elkaar plakt krijg je een kruis, formaat ark van Noach. Wie zich bij het inzamelen van al dat kruishout en passant voorziet van alle vliesjes voorhuid die als relikwie bewaard zijn gebleven van de besnijdenis van een enkel manneke... die kan zich toch moeilijk aan de indruk onttrekken dat er hier sprake moet zijn geweest van inderdaad een heel bijzonder kind.

Dit soort lariekoek doet vanouds onder ons de ronde. Onder ons, zeg ik, noteer dat! Zonder die legendes van ons geen ons, geen wij, geen grammetje geschiedenis. Zelfs als morgen blijken zou, dat onze legendes één aaneenschakeling van misverstanden zijn (quod non) dan nog geldt, dat ze in geen enkele samenleving kunnen ontbreken. Sterker nog: zonder misverstand komt verstand niet eens voor. Zonder legende geen ons, geen geschiedenis, geen heden, geen verleden, geen toekomst. Zonder vallen geen lopen. Lopen is gecontroleerd vallen, anders niet.
Ergo, noteer dat: zonder legende komen we geen stap verder. Gesnopen? Mooi, dan zijn we nu rijp voor de mirakelse belevenissen van Adriaan die met zijn gezellige vrienden opgroeide in Het Heilige Breda, waarheen horden pelgrims zich spoedden om hun heil te zoeken bij het Ware Kruishout, opgesteld in de Grote Kerk. Ooit teruggevonden door Helena, keizerin-moeder van Constantijn, zoals je dat nog steeds kunt zien op het middenpaneel van het Drieluik van Jan van Scorel in de Prinsenkapel van de Grote Kerk. Dezelfde Helena is het -alles hangt met alles samen- die zorgt dat de narren van Vreugdendal de geest krijgen. Van Mencia de Mendoza kreeg Vreugdendal iets heel anders. Ze zeggen dat die dikke Mencia, die trouwens ook heel dik was met Jan van Scorel, een Magische Bol schonk, die je liet horen, echt waar... de Kosmische Giechel! - nog gekregen van haar opa, uit de tijd dattie als teenager nog een tijdje kardinaal geweest was. Allemaal heel normaal toen.
Uit dat Breda trekt Aadje door de eeuwen heen een spoor, dat even tekenend is voor onze stad als de vallei, gevormd door Mark en Aa. Vreugden-dal is, het woord zegt het al: het genieten van het leven rond de vallei, ...hier in het Markdal willen we het graag wel een beetje gezellig houden. Houden zoals het was in de oertijd van de gesellen in hun sociëteit aan de Grote Markt: oer-gezellig.
Tja: “rederijkers, kannenkijkers!” Ik heb het de gebroeders Wezel van het stadsarchief nog even gevraagd en inderdaad, ja, die stadsrekeningen liggen er nog: er werd geslempt op kosten van de stad. Het bierprivilege werd al verleend door Jan IV van Nassau, die overleed in 1475. Dus die jongens waren hier al actief, althans als drinkers, vòòr dat jaar. Columbus moest nog op het idee komen om Amerika te ontdekken,wat hij overigens nooit gedaan heeft. Allemaal misverstanden, maar zonder die misverstanden zouden wij evenmin kunnen leven als zonder de zon die elke dag weer opgaat (wat ook helemaal niet opgaat). Die zon verdwijnt helemaal niet, -wij, wijzelf keren ons af. Sluiten onze ogen, dromen wat en draaien ons nog eens lekker om, tot de zon gelukkig tegen beter weten in toch weer ‘opgaat’.

Dat nu gaat ook op voor de broeders van Vreugdendal, Adriaan en consorten. Vijf keer zijn die met de noorderzon vertrokken, zes keer zijn ze weer komen opdagen! Mirakels mysterie! Ik ga dat mysterie voor jullie niet oplossen, nee zeg, stel je voor! Want dat lost het mysterie op en dat moeten we samen niet willen. Een mysterie is een mysterie en een mysterie moet een mysterie blijven, anders is het geen mysterie meer! Een mysterie moet je niet oplossen. Als-je-be-lieft zeg! Dat is net zo dom als een mop uitleggen, -dan is de grap d'r af. Nee, niet proberen uit te leggen hoe Adriaan van de ene op de andere dag met de noorderzon verdwijnen kon om later weer stra-lend op te dagen.
Goed, dan nu die Slimwerd Slover. Ach, good old Slimwerd. Dat Slimwerd Slover nooit echt bestaan heeft, maar wel onder die naam regelmatig opdook, maakt hem zo geschikt om jullie vertrouwd te maken met het fenomeen Adriaan.
Wie hij ook was, Slimwerd Slover was alomtegenwoordig, zoveel had de kleine Maarten ’t Hart wel begrepen uit de Bijbellezingen die zijn vader bij de maaltijden deed. Pas toen kleine Maarten zelf leerde lezen, ontwaarde hij overal waar zijn vader Slimwerd Slover had laten opdraven, hele andere namen, moeilijke namen: Nebucadnezzar en Dabbaseth en Beth-Hammarchaboth om er maar een paar te noemen en daar had pa dan maar gezegd: “slimwerd slover (waarmee hij bedoelde:moeilijk woord/sla over)”...Zo’n Slover is nu ook ons Aadje. Dus. Hij mag dan misschien niet bestaan hebben, hij heeft het toch maar bestaan om onder diverse namen een rol te spelen, waarzonder wij nu niet zouden zijn wie of wat we zijn. En dat zijn we wel. Daar zul je achter komen! Voorbeeld:

Bij de rederijkersontmoeting in Mechelen (2009) overkwam het een kersverse rederijker uit Breda dat de burgemeester aldaar op hem afstapt met een joviaal “maar allez, hoes’t mee U, Aadje ?” en praten zus en praten zo, van “manneke waar zijt ge al die tijd wezen steken?” “Wat een rare gast”, dacht onze man : “ ik kan me bij God niet herinneren die vent ooit eerder ontmoet te hebben.” Maar die burgervader maar doorratelen: “Da’s straf! Ge sijt dan terug in ons goe gemeente” en van: “Jaaaa, in 1483 waart ge toch ook hier, zeker en vast, gulle van Vroechendaele vielen dan nog in de prijzen. Hebben nog een zilveren medaille getrokken voor u blazoen mee schoon madam Helena! En u plesante burgemeester had ge bij, en ... “Heuu??.., denkt onze arme man: “1483, dat is ruim 600 jaar geleden. Doe normaal! Columbus moest nog...”, maar de daaropvolgende nacht dook de burgemeester weer op in zijn dromen. Kortom, hij kon het gebeurde niet zomaar van zich afzetten. Dacht bij zichzelf: “Van sommige dingen weet je eigenlijk niet of je ze nu beleefd hebt of gedroomd. Maar dan, ...wat maakt ’t uit? Wat je meemaakt in je dromen heb je dat niet beleefd, dan? Je hoeft toch waarachtig niet te leven om dingen meegemaakt te hebben. Neem Dingmans Beens, al eeuwen dood, maar wat die niet allemaal heeft meegemaakt! Onlangs nog kreeg ik zijn verhuisbericht. Zijn ouwe graf is nu leeg. Hijzelf naar God, wat de mededeling op zijn zerk wel heel actueel maakt: “Soeckt het hemels”.

(wordt vervolgd...)

Verslag van de Algemene Vergadering 2014

VERBOND KAMERS VAN RHETORICA vzw
ALGEMENE VERGADERING
14-6-2014 LIEDEKERKE

Aanwezig: Raadsleden : Willy De Meyer, Dirk Coigneau, Luc Collin, Carlo van de Water, Thierry Hermans, Bauke van Halem en Nicole Gits

Koninklijke Aloude Rederijkerskamer Ste Barbara, Aalst
Koninklijke Aloude Rederijkerskamer De Catharinisten, Aalst
Rederijkerskamer De Violieren, Antwerpen
Rederijkerskamer Het Turfschip van Adriaen van Bergen, Breda
Kamer Van Retorika De Gezellen van de H.Michiel, Brugge
Rederijkerskamer De Leliebloem, Brussel
Rederijkerskamer Moyses’Bosch van ‘s- Hertogenbosch
Koninklijke Souvereine Hoofdkamer van Retorica De Fonteine, Gent
Koninklijke Rederijkerskamer Jesus met de Balsemblomme, Gent
Rederijkerskamer Nut en Genoegen, Holwierde
Koninklijke Rederijkerskamer Tollens, Hoogezand-Sappemeer
Rederijkerskamer De Constminnende Jonckheyt, Lebbeke
Rederijkerskamer De Waag, Liedekerke

Afwezig met kennisgeving :
Kamers :
St.Pieter Vreugd & Deugd, Geraardsbergen
De Suyghelingen van Pollus, Zottegem
De Wijngaard, Ronse
Trou Moet Blycken, Haarlem
Jan Van Beers, Utrecht
De Egelantier, Aduard

Agendapunten :

  1. Verwelkoming en goedkeuring van de agenda
    Welkomwoord door Willy De Meyer, als waarnemend Voorzitter, op de jaarlijkse verplichte statutaire vergadering in het kader van het 31ste internationaal rederijkerscongres in Liedekerke.

    Aantal aanwezige Kamers : 13
    Verontschuldigde Kamers : 6
    Volmachten : 1
    Gezien statutair de aanwezige kamers beslissingen kunnen nemen, ongeacht het aantal aanwezigen of volmachtdragers, kan rechtsgeldig vergaderd worden.
    De agenda wordt goedgekeurd.

  2. Ontslag Voorzitter Emiel François en tijdelijke maatregelen
    Op 4/2/2014 meldde Emiel François ontslag te nemen als voorzitter van het Verbond en dit met directe ingang, zodat er geen mogelijkheid was om passend afscheid te nemen. De leden van de Raad van Bestuur betreuren dit ten zeerste. Willy De Meyer, ondervoorzitter, heeft deze taak overgenomen en neemt voorlopig het voorzitterschap voor zijn rekening. Applaus van de vergadering.

  3. Verkiezing nieuw lid Raad van Bestuur
    De (enige) kandidatuur van Johan De Rijck van de Waag uit Liedekerke, voldoet aan de voorwaarden om toe te treden tot de Raad van Bestuur en hij wordt bij handgeklap verkozen.
    Hij zal het mandaat van de ontslagnemend voorzitter voortzetten tot 2018.

  4. Werkingsverslag dienstjaar 2013
    Nicole Gits brengt verslag uit over de werking van het Verbond tijdens het voorbije dienstjaar.
    Dit werkingsverslag wordt door de Algemene Vergadering goedgekeurd.

  5. Financiën
    Jaarrekening 2013
    Willy De Meyer, penningmeester, stelt de jaarrekening 2013 voor.
    De jaarrekening wordt goedgekeurd door de Algemene Vergadering.
    De Algemene Vergadering geeft haar akkoord voor de ontlasting van de beheerders.

    Voorleggen begroting 2014
    De voorzitter stelt de begroting voor het werkjaar 2014 voor.
    Deze begroting in evenwicht werd vooraf voorgelegd aan de Raad van Bestuur ter informatie tijdens de eerste vergadering van de RVB in 2014.
    De voorgestelde begroting 2014 is sluitend en wordt door de Algemene Vergadering goedgekeurd.

  6. Organisatie komende congressen
    2015 : Kon. Rederijkerskamer Sint-Pieter Vreugd en Deugd, Geraardsbergen op 6 & 7 juni
    Emiel François heeft destijds de eerste contacten gelegd voor de organisatie van dit congres.
    Ondertussen hebben voorzitter en ondervoorzitter ontslag genomen en neemt een jonge ploeg de leiding over. Willy De Meyer was aanwezig op de bestuursvergadering en zij bevestigen hun engagement voor de organisatie van het congres in 2015.

    Ondertussen moest de locatie herbekeken worden.
    Vanaf september 2014 speciaal op te volgen, eventueel afzonderlijke werkvergadering plannen. Organisatie Rederijkersjuweel te bespreken op de eerstvolgende RVB in september.

    2016 : Rederijkerskamer Moyses’Bosch, ‘s Hertogenbosch
    De Kamer houdt op 24/6/2014 haar jaarvergadering en beslist dan over de organisatie van het congres in 2016, het internationaal Jeroen Boschjaar. Het bestuur is positief en geeft zo snel mogelijk bericht omtrent de beslissing.

    2017 : Rederijkerskamer De Leliebloem, Brussel
    De Kamer bestaat sedert 1556 en Luc Collin bevestigt dat zij kandidaat zijn om in 2017 het congres te organiseren.
    Oproep opnemen in het tijdschrift naar alle Kamers voor de organisatie van komende congressen naar aanleiding van een speciale verjaardag.

  7. Tijdschrift en website
    • Bauke van Halem vraagt om zoveel mogelijk copij over te maken voor het tijdschrift. Kamers zullen aangeduid worden en gevraagd om een artikel over hun Kamer voor het tijdschrift te bezorgen.
    • De Voortzitter bedankt J.A.Buiskool voor het beheren van de website. De inschrijvingen voor het congres via de website zullen geëvalueerd worden. Foto's van het congres voor de website overmaken via google of wetransfer.
  8. Allerlei en Rondvraag
    • Een aantal leden betreurt de wijze waarop Emiel François ontslag heeft genomen.

De Voorzitter sluit de vergadering, bedankt alle leden van de Algemene Vergadering voor hun aanwezigheid en wenst iedereen een aangenaam congres toe.